Op 28 maart heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel aangenomen waarmee de reikwijdte van trouwen in gemeenschap van goederen wordt beperkt. Daarmee komt een einde aan de huidige wet die uit 1838 stamt.
Het ging niet gemakkelijk. Vanaf 1900 zijn er verschillende initiatieven geweest om de reikwijdte van de gemeenschap van goederen in te perken. Met slechts één stem verschil haalde het wetsvoorstel een meerderheid in de Eerste Kamer.
Deze wet houdt een stelselwijziging in op het gebied van het huwelijksvermogensrecht. Met de wetswijziging blijft het voorhuwelijkse privévermogen nu in het bezit van de betreffende partner. Voorhuwelijkse schulden vallen ook buiten de gemeenschappelijke boedel. Net zoals erfenissen en schenkingen die de partners tijdens het huwelijk krijgen. Breederveld: ‘Alleen vermogen dat partners gezamenlijk hebben opgebouwd, wordt na de echtscheiding gedeeld.’
Met de stelselwijzigingen sluit Nederland aan bij wat internationaal al bij wet is geregeld. Alleen Suriname en Zuid-Afrika hanteren nu nog een uitgebreide uitleg van trouwen in gemeenschap van goederen zoals wij dat kennen.